A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

@
Synoniemen: at-sign en apenstaartje. Symbool dat het lokale deel scheidt van het domeindeel in een e-mailadres. De gebruikersnaam staat links van het apenstaartje, de domeinnaam staat rechts van het apenstaartje. Het teken @ wordt uitgesproken als het Engelse at. Het apenstaartje dat zo kenmerkend is voor E-mail adressen (naam@bedrijf.nl)is afkomstig van een Amerikaanse kassa, het commercial add teken, een a binnen een c.

Account
Dit is wat je nodig hebt om op het Internet te kunnen. Je kan het vergelijken met een abonnement op een tijdschrift. Je betaalt een (maandelijkse, trimestriële, jaarlijkse) bijdrage aan een Internet Provider, en in ruil daarvoor krijg je een loginnaam en een paswoord (en meestal ook de meest gebruikte software). Tegenwoordig zijn er ook steeds meer gratis aanbiedersvan internet toegang.

ACD
Bij Automatic Call Distribution wordt het binnenkomend telefoonverkeer automatisch verdeeld over een groep medewerkers. ACD wordt tevens toegepast bij uitgaand telefoonverkeer.

ActiveX
Microsoft-technologie waarmee gegevens tussen toepassingen kunnen worden uitgewisseld. ActiveX wordt voornamelijk gebruikt voor het ontwikkelen van interactieve toepassingen en de inhoud van Web-pagina’s. Microsoft-versie van Java.

ADSL
Asymmetric Digital Subscriber Line. Een communicatie-techniek waardoor via een gewone telefoonlijn grote hoeveelheden gegevens kunnen worden getransporteerd. Het grootste deel van de telefoonlijn wordt bijvoorbeeld benut voor het downloaden van internetverkeer en een kleiner deel van de lijn wordt gebruikt voor het zenden van informatie, zoals bij het uploaden van een homepage of het verzenden van beelden van een webcam. Daarmee is het volledig afgestemd op het grotendeels eenrichtingsverkeer van internetgebruik. ADSL is 300 keer sneller dan een klassiek 24.4 Kbps modem, 100 maal sneller dan een modern 56 Kbps modem en 70 maal sneller dan een complete 2-kanaals ISDN lijn van 128 Kbps.

Algoritme
Bij elkaar behorende instructies in een programmeertaal die een bepaald probleem oplossen of een bepaalde taak uitvoeren.

Anonymous FTP
Als anonieme gebruiker (zonder paswoord) log je via het Internet in op een computer die ergens anders staat. Zodra je verbinding hebt met die computer kan je bestanden naar je eigen computer downloaden. Je hebt alleen een zgn. ftp-programma nodig.

Applet
Een Java-programma dat gemaakt is om te draaien in een browser, en dus gestart kan worden vanaf een web pagina. Als de webpagina wordt geopend, wordt het applet door de browser binnengehaald van de server en daarna uitgevoerd op de machine van de gebruiker.

Applicatie
Een programma dat een reeks taken uitvoert onder controle van de gebruiker, dit in tegenstelling tot een systeemprogramma dat buiten de gebruiker om draait. Browsers, e-mailprogramma’s en FTP-clients zijn op het Internet de meest gebruikte applicaties.

Archie
Dit is een systeem om via FTP beschikbare bestanden en programma’s te zoeken op het Internet. Met Archie worden bestanden automatisch verzameld, geindexeerd en gecatalogiseerd. De oorspronkelijke toepassing van Archie voorzag in een geïndexeerde directory van alle anonieme FTP archieven op het Internet. Latere versies bieden ook andere informatiecollecties.

Arpanet
(Advanced Research Projects Agency Network) een netwerk dat de voorloper was van Internet. Het is de jaren zestig en zeventig ontwikkeld door het Amerikaanse ministerie van defensie. Veel van de software en theorieën die gebruikt worden voor Internet zijn ontwikkeld met behulp van ARPANET. De doelstelling van dit netwerk was dat het zo robuust mogelijk moest zijn, dat het een oorlog moest kunnen doorstaan. ARPANET bestaat niet meer.

ASCII
American Standard Code for Information Interchange. Een mogelijkheid om teksten te coderen die door vrijwel iedere computer gelezen kunnen worden (geen mogelijkheden voor lay-out).

ASP
Application Service Provider. Bedrijf dat het gebruik van zijn software via internet door derden mogelijk maakt. Een MKB ondernemer hoeft dan niet zelf meer te investeren in dure software, maar gebruikt die op afstand, en betaalt bijvoorbeeld alleen voor het daadwerkelijke gebruik. Er zijn allerlei varianten, de term wordt (nog) niet eenduidig gebruikt.

ASP wordt ook gebruikt als aanduiding voor een internetpagina die een interactie uitvoerd met de server voordat de informatie naar de cliënt wordt gezonden en staat dan voor Active Server Pages.

ATM
Asynchronous Transfer Mode is een communicatie-techniek waarmee in een zeer hoog tempo informatie-pakketjes met een vaste lengte verstuurd kunnen worden. Kenmerk van ATM is dat een vaste bandbreedte per gebruiker beschikbaar is. Hierdoor is het transport van video en spraak mogelijk. Wordt vooral gebruikt door grote telecommunicatiebedrijven.

Attachment
De bijlage van een E-mail bericht. Bijvoorbeeld een tekst-document of een afbeelding. In tegenstelling tot de gewone tekst moet de geaddresseerde beschikken over hetzelfde programma als waarmee de bijlage is gemaakt.

AVI
Windows-formaat voor multimediale files.

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

Backbone
In een hiërarchisch netwerk is dit het hoogste niveau, de hoofdlijn waarlangs de gegevens worden getransporteerd.

Back-office systemen
Computersystemen die de interne bedrijfsprocessen ondersteunen, zoals de logistiek, de administratie en de afhandeling van betalingen.

Bandbreedte
De hoeveelheid informatie die via een netwerkverbinding in een bepaalde tijdsperiode verstuurd kan worden. De bandbreedte wordt meestal uitgedrukt in bits per seconden (bps), kilobits per seconde (kps) of in megabits per seconde (mps).

Bannner of button
Een grafische knop op een website van derden om bezoek naar de eigen website te trekken. Het verschil tussen een banner (groot) en een button (klein) zit in de afmetingen.

BAUD
Eenheid voor gegevensoverdracht. Gelijk aan het aantal bits per seconde in digitale circuits (zoals tussen computer en modem). Bij analoge circuits (zoals tussen modem en modem over de telefoonlijn) wordt bits per seconde (bps) gebruikt.
De term is afkomstig van J.M.E. Baudot, de uitvinder van de Baudot telegraafcode.

BBS
Bulletin Board System. Een computer verbonden aan het openbare telefoonnet. Iedereen met een modem kan inbellen (meestal na een registratieprocedure) en elektronische post achterlaten, bestanden en programma’s downloaden, en vaak ook babbelen met andere gebruikers die ook online zijn.

Binair
De enige tekens die een computer rechtstreeks kan begrijpen. Enen en nullen, aan en uit, open en dicht. Alle computerprogramma’s zijn opgeslagen als binair bestand. Tekstbestanden worden meestal in ASCII-formaat opgeslagen, maar zijn in wezen ook binaire bestanden.

Bit
Wordt vaak afgekort tot ‘b’. De kleinste informatie-eenheid (1 of 0).

Bluetooth
Technologie die kabels overbodig maakt tussen mobiele telefoons en de laptop. Ook kabels tussen de pc, printer, toetsenbord en andere randapparatuur kunnen achterwege blijven.

Bookmark
Een elektronisch geheugensteuntje in een browser om het adres van een website vast te leggen. Vergelijk het met een boekenlegger in een boek.

Booleaanse operatoren
Bij zoekacties in databases of zoekmachines kan je gebruik maken van logische relaties tussen twee of meer zoektermen. “AND”, “OR” en “NOT” zijn veelgebruikte operatoren.

Bps
Bits per second. De snelheid van gegevensoverdracht.

Browser
Een programma waarmee World Wide Web-pagina’s geraadpleegd kunnen worden. Enkele veelgebruikte browsers zijn Netscape en Internet Explorer.

Bug
Aanduiding voor een programmeerfout in een computerprogramma, die leidt tot onjuiste resultaten of het vastlopen of afbreken van het programma.

Byte
Wordt vaak afgekort tot ‘B’. Acht bits vormen samen een Byte.

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

Cache
Geheugen van een browser en/of van een PC en/of van een centrale computer (proxy) dat is gereserveerd voor eerder geladen Web-pagina’s. De browser/PC/proxy bewaart de inhoud van deze pagina’s om ze sneller te laten verschijnen op het moment dat de gebruiker ze opnieuw opvraagt.

CC
Carbon copy. Optie van e-mail waarbij een kopie van een e-mailbericht ter informatie ook naar andere personen wordt gestuurd, waarbij alle geadresseerden kunnen zien welke personen ook een kopie hebben ontvangen.

CD-ROM
Compact Disc – Read Only Memory. Een CD-ROM wordt afgespeeld op een CD-ROM speler die meestal deel uit maakt van een computer.

CGI
Common Gateway Interface. Een standaard die door programmeurs wordt gebruikt om hun programma’s interactief met het World Wide Web te laten omgaan. CGI scripts kunnen in veel computertalen worden geschreven. C en Perl zijn de meest gebruikte talen hiervoor.

Chatbox/Chatten
Een vorm van interactieve online communicatie die het mogelijk maakt om direct met elkaar te converseren via het toetsenbord van je computer. Via een speciale ‘chat-server’ kunnen meerdere mensen gelijktijdig via tekst met elkaar uitwisselen (de Internet versie van de telefonische babbelbox).

Click through
Met ‘click through’ wordt aangegeven dat een Internet-gebruiker met de muis op een reclame-button of -banner heeft geklikt. De kosten voor het plaatsen van een button of banner worden bepaald op basis van het aantal ‘click throughs’ of het aantal pageviews

Client
Een programma dat gebruikt maakt van de diensten van een server. Eudora wordt bijvoorbeeld een mail-client genoemd omdat men er post mee kan ophalen van de mail-server.

Community
Een on-line gemeenschap van gelijkgestemden.

Cookie
Een soort serienummer dat door de webserver achtergelaten wordt op de computer van een Internet-gebruiker. Hierdoor kan men herkend worden bij een volgend bezoek aan dezelfde website of bij een bezoek aan een andere pagina binnen dezelfde website.

CPU
(Central Processing Unit, CVE, Centrale Verwerkings Eenheid) de centrale chip die al het rekenwerk doet, het hart van de computer.

Crosspost
Het versturen (“posten”) van hetzelfde bericht in meer dan één nieuwsgroep of berichtengebied.

CSS
Cascading Style Sheets. Een opmaaktechniek die samenwerkt met HTML. Met CSS kan een Web-site (door middel van macro’s) voorzien worden van een standaard-lay-out voor alle pagina’s.

Cyberspace
Met deze trendy uitdrukking wordt vaak de virtuele wereld van computernetwerken aangeduid.

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

Database
Een hoeveelheid gegevens van hetzelfde formaat die in één of meerdere bestanden bij elkaar staan. De gegevens zijn geordend in records. De records bestaan weer uit een aantal velden. Met behulp van software kan men gegevens sorteren, aanpassen, toevoegen en bekijken. Ook wel een gegevens- of databank genoemd.

Datacompressie
Een technologie om gegevens samen te pakken, kleiner te maken. Dank zij datacompressie kunnen er meer gegevens op een harde schijf, en modems die datacompressie gebruiken, versturen gegevens sneller over de telefoonlijn.

DNS-server
DNS staat voor Domain Name Service. Een DNS-server zorgt dat een domeinnaam gekoppeld wordt aan het IP-nummer.

Domeinnaam
De unieke aanduiding van een locatie op het Internet. Bijvoorbeeld: ‘uwbedrijf.nl’. De domeinnaam wordt gebruikt om E-mail adressen (info@uwbedrijf.nl) en web-adressen (www.uwbedrijf.nl) aan te duiden. Naast ‘.nl’ wordt ook ‘.com’ ook veel gebruikt door bedrijven. Vooral als men zich internationaal wil profileren op het internet.

Downloaden
Het kopiëren van computerbestanden van een server naar uw eigen computer.

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

E-commerce
Electronic Commerce. Elektronisch zakendoen, meestal via het internet. E-business is een term die in opkomst is, en geeft aan dat er meer is dan alleen verkopen op het net aan consumenten.

E-mail
Elektronische post.

Edge
Deze afkorting staat voor enhanced datarate for gms evolution. Met de technologie zijn datasnelheden zijn te bereiken tot maximaal 384 kbps.

EDI
Electronic Data Interchange. Een systeem op basis van afspraken in handelsketens om bijvoorbeeld offertes, opdrachten en fakturen op een gestandaardiseerde manier elektronisch uit kunnen te wisselen (zonder tussenkomst van de mens).

EDIFACT
EDI For Administration Commerce and Transport

Ems
Deze enhanced messaging service is een soort sms is met eenvoudige plaatjes en een beetje geluid.

Encryptie
Het beschermen van de inhoud van een bestand door de tekst om te zetten in een formaat dat niet door derden is te decoderen zonder over de sleutel van codering te beschikken.

ERP
Enterprice Resource Planning, software pakketten die vrijwel alle bedrijfsprocessen omvatten. De nieuwste trend is XRP, een ERP-pakket met de eigenschappen van een Extranet.

Extranet
Een gesloten netwerk voor een bedrijf en haar partner-bedrijven in de keten (opgebouwd op basis van TCP/IP-standaarden).

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

FAQ
Frequently Asked Questions. Veelgestelde vragen worden met de antwoorden gepubliceerd op een webpagina.

Finger
Een UNIX-programma dat informatie over een Internet-site of over gebruikers toont. Zo kan je zien wanneer een bepaald persoon de laatste keer op een bepaald systeem heeft ingelogd. Niet elk systeem of elke provider laat het gebruik van dit programma toe.

Firewall
Afscherming tussen het Internet en een intern (bedrijfs)netwerk. Dit ter voorkoming van computerinbraak en de verspreiding van virussen.

Flash
Techniek waardoor animaties en geluid aan een website toegevoegd kunnen worden (leverancier: Macromedia).

Forum
Een plaats waar mensen online samenkomen om berichten te posten of te lezen, bestanden kopiëren vanuit de bestandsbibliotheken (libraries) en om regelrecht te praten met andere leden. Je kunt deel nemen aan de discussies in een Forum (via berichten of in een gesprek) of gewoon alleen maar meekijken. Er zijn Forums voor speciale onderwerpen en Forums die heel algemeen zijn.

Frame
Deel van een webpagina dat op zich ook weer een webpagina is. Hierdoor kan de inhoud van een pagina gedeeltelijk veranderen terwijl bijvoorbeeld het navigatie-menu blijft staan.

Freeware
Een programma dat je downloadt en dat je gratis mag gebruiken.

FTP
File Transfer Protocol. Wordt onder andere veel gebruikt voor het uploaden en downloaden van webpagina’s of het distribueren van software.

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

Gateway
Koppeling van twee netwerken die volgens verschillende principes werken.

GIF
Graphical Interchange Format. Bestandsformaat, oorspronkelijk van CompuServe (nu AOL). Wordt gebruikt om foto’s, plaatjes etc. gecomprimeerd te kunnen bewaren en versturen. Een .GIF bestand van een website is veel sneller op uw computer zichtbaar dan het oorspronkelijke grafische bestand. Er bestaan diverse ‘dialecten’, o.a. voor bewegende plaatjes (animated GIF).

Gopher
Een alternatief (menugestuurd) systeem dat de huidige browsers op het WWW voorafging om op een snelle manier informatie op het Internet te raadplegen.

GPRS
General Packet Radio Service. Een communicatietechniek, waarmee via GSM datapakketjes met een snelheid tot 115 kbits/sec kunnen worden overgebracht. Naar verwachting eind 2000 operationeel. Met deze techniek wordt WAP pas echt interessant, en kan er mobiel worden gesurfd met dezelfde snelheid als met 2 ISDN-kanalen tegelijkertijd.

GPS
Global Position System. Een door satellieten ondersteunde mogelijkheid om op elke plek op aarde te weten wat de lengte- en breedte-coördinaten en hoogte zijn alsmede de juiste tijd. Moderne GPS-apparatuur (GPS-ontvanger) beschikt ook over een elektronische kaart, zodat direct de positie van de gebruiker grafisch inzichtelijk wordt gemaakt, inclusief de afstand tot een bekende plaats.

Groupware
Software bedoeld voor de samenwerking tussen groepen mensen. Veel gebruikt voor kennismanagement, en voor workflowmanagement. Bekend voorbeelden zijn Lotus Notes, GroupWise en MS Exchange in combinatie met MS Outlook.

GSM
Global System for Mobile Communication, een vooral Europees systeem voor mobiele telefonie. Japan en de VS hebben andere systemen, waarop niet aangesloten kan worden. Binnen enkele jaren komt als opvolger UMTS, een nog meer geavanceerder systeem, in de lucht

Guest
Naam waaronder gebruikers kunnen inloggen op een systeem zonder dat ze een eigen gebruikersnaam en wachtwoord hebben. De guest heeft meestal beperkte rechten op het systeem.

GUI
Graphical User Interface, een grafische gebruikersinterface.

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

Hacker
Iemand die inbreekt op computersystemen om zo aan te tonen dat de beveiliging niet in orde is.

Hate mail
Boze e-mail. Flame is synoniem voor Hate mail.

Hit
Een minder geschikte eenheid voor het bepalen van het aantal mensen dat een website bezoekt. Eén hit staat voor één opgevraagd bestand. Webpagina’s bestaan meestal uit tientallen bestandjes met teksten en afbeeldingen.

Homepage
De startpagina van een website.

Host(ing)
Websites staan ergens op een server, een computer direct aangesloten op internet. Zo’n server heet dan host (gastheer), het verhuren van ruimte op de harde schijven van zo’n computer voor het plaatsen van websites heet hosting, de verhuurder heet hosting provider.

HTML
HyperText Markup Language. Een stelsel van opmaakcodes waarmee webpagina’s kunnen worden gemaakt.

HTTP
HyperText Transfer Protocol. De technische afspraken voor het verzenden van hypertext-documenten over het Internet, dus van webpagina’s door een webserver naar uw browser.

Hybride systemen
In de ICT-wereld wordt deze term gebruikt om aan te geven dat van twee media gebruik wordt gemaakt om gerelateerde informatie te distribueren. Bijvoorbeeld: een CD-ROM bevat een catalogus en via het internet kunnen de actuele prijzen opgehaald worden.

Hyperlink
Verwijzing naar een gerelateerd onderwerp binnen een website of daarbuiten op het web. Hyperlink wordt veelal afgekort tot link.

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

ICQ
Spreek uit ‘I Seek You’. Software waarmee men kan zien welke bekenden op dit moment online zijn.

ICT
Informatie- en Communicatie Technologie

Inloggen
Zich toegang verschaffen tot een computer- of netwerksysteem door een gebruikersnaam en wachtwoord in te typen.

Internet
Wereldwijd netwerk van gekoppelde computernetwerken.

InterNIC
De organisatie die verantwoordelijk is voor het beheer van een groot deel van de internationaal gebruikte domain names. Het InterNIC is een coöperatieve activiteit tussen de National Science Foundation, Network Solutions, Inc. en AT&T.

Intranet
Een gesloten netwerk voor een bedrijf en partner-bedrijven (opgebouwd op basis van TCP/IP-standaarden).

IP-adres
Elke computer die aangesloten is op het Internet heeft een uniek adres, het IP-adres. Een IP-adres (Internet Protocol) bestaat uit vier getallen van elkaar gescheiden door punten.

IRC
Internet Relay Chat. Zelfde principe als een chatbox.

ISDN
Integrated Services Digital Network. De opvolger van het analoge telefoonnetwerk. Via één paar koperdraden zijn twee communicatie kanalen met een snelheid van 64kb beschikbaar, plus een derde kanaal voor speciale diensten zoals nummerherkenning. Het is een digitale transmissie-techniek bestemd voor uitwisseling van spraak, data en beeld, gebruik makend van het normale telefoonnet.

ISO
International Organisation for Standardization: organisatie die belast is met het vaststellen van normen en protocollen, onder andere voor datacommunicatie en netwerken.

ISP
Internet Service Provider. Een bedrijf dat specifieke Internet-diensten levert aan eindgebruikers (meestal bedrijven), in de vorm van o.m. verhuur van webruimte.

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

Java
De programmeertaal Java is ontwikkeld door Sun Microsystems. Een Java-applet is een klein stukje software dat een specifieke taak kan uitvoeren.Kenmerk is dat een Java-applet naar binnen is gericht. Er worden geen gegevens of acties met de omgeving uitgewisseld. Niet te verwarren met Java-script, dat van Java is afgeleid en vaak voorkomt voor als onderdeel van een webpagina (in de HTML code).

Javascript
JavaScript is een scripttaal die alleen in HTML-documenten kan worden gebruikt. De syntax lijkt op die van Java, maar is niet precies hetzelfde. JavaScript wordt niet gecompileerd, de webbrowser interpreteert het script direct. JavaScript is een stuk eenvoudiger dan Java. Het is bedacht door Netscape.

JIT
Just In Time delivery. Het op het juiste moment afleveren van hulpgoederen voor een productieproces. Hierdoor zijn minder tussenvoorraden nodig.

JPEG
Joint Photographic Experts Group. Een bestandsformaat waarmee je grafische voorstellingen in een bestand kan opslaan.

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

Kabelmodem
Modem dat gegevens kan verzenden en ontvangen via het TV-kabelnet.

Klantprofiel
De vastgelegde gegevens van een klant. Deze kunnen door de klant zijn ingevoerd of bijvoorbeeld afgeleid worden van gedrag op een website. Door de software achter zo’n website worden ze vervolgens gebruikt bij een volgend bezoek van zo’n klant om hem / haar heel specifiek van informatie te voorzien, bijvoorbeeld nieuwe boeken die passen bij de interesse.

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

LAN
Local Area Network. Een computernetwerk binnen een bedrijf.

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

Mailing list
Een discussiegroep waar de deelnemers communiceren via e-mail. Een mailing list wordt meestal onderhouden door iemand die list server software gebruikt. List servers houden een lijst van e-mailadressen bij die gebruikt worden voor de mailing list. Intekenen voor een lijst gebeurt door het zenden van een e-mailbericht naar de list server.

Meta-tags
De meeste zoekmachines werken met zogenaamde zoekrobots. Deze snuffelen het Internet af en indexeren alles wat ze tegenkomen. Als u een homepage maakt, kunt u met behulp van META-tags zoekmachines een beetje sturen. META-tags worden meestal gebruikt om pagina’s beter vindbaar te maken op Internet. Maar META-tags kunnen ook gebruikt worden om zoekrobots te zeggen dat ze een pagina juist niet moeten indexeren.

Meta search engine
Website, waar men zoektermen kan ingeven, die vervolgens worden ‘uitgezet’ bij meerdere search engins (zoekmachines) tegelijk. Een goede meta search engine / metazoekmachine bundelt de resultaten van al die zoekmachines, haalt de dubbele resultaten weg en rangschikt ze op relevantie (mate van overeenkomst met de ingegeven zoektermen).

MIME
Multi-purpose Internet Mail Extension. Via deze methode kunnen binaire bestanden (zoals grafische bestanden, audio en video) via e-mail verstuurd worden.

Mirror Site
Een server die een exacte copie is van een WWW of FTP-site. Mirror sites worden meestal gemaakt als het dataverkeer naar de originele site te zwaar wordt voor één server.

Modem
Apparaat om via een telefoonlijn gegevens uit te wisselen tussen twee computers.

MP3
De standaard voor het distribueren van muziek via het internet. MP3 is een compressiemethode gebaseerd op MPEG. Er bestaan ook handige draagbare apparaatjes, waarmee MP3-bestanden direct kunnen worden afgespeeld.

MP4
MPEG-4 is de nieuwe standaard voor audiocompressie, en zal in de toekomst worden gebruikt voor muziek uit de computer, geluid bij spelletjes, ‘live’ radio via internet en allerlei andere toepassingen. MPEG-4 Structured Audio en het bijbehorende AudioBIFS zijn open standaarden, vrij toegankelijk en toepasbaar.

MPEG
De Moving Pictures Experts Group houdt zich bezig met de standaardisering van audio- en video-compressie.

Multi-media
Een combinatie van beeld, geluid en data in een door de gebruiker te beïnvloeden vorm.

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

Netiquette
Gedragsregels voor Internet-gebruikers.

Netwerk
Twee of meer onderling verbonden apparaten, meestal computers, met het doel gegevens uit te wisselen. Er zijn allerlei vormen en benamingen. Zie ook LAN en WAN. Een voorbeeld van een groot wereldomvattend netwerk is Internet. Het is echter niet het enige grote netwerk voor datacommunicatie.

Newsgroup
Een elektronische nieuwsgroep alwaar men berichten kan uitwisselen over een specifiek onderwerp.

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

Pageview
Met Pageview wordt aangegeven dat een Internet-gebruiker een webpagina gezien heeft. De kosten voor het plaatsen van een button of banner worden bepaald op basis van het aantal ‘Click Throughs’ of het aantal ‘Pageviews’.

PDA
Personal Digital Assistant. Handzame computer, kan in de binnenzak meegenomen worden. Bevat meestal tenminste een agenda, adressenboek en rekenmachine.

PDF
Portable Document Format. Een mogelijkheid om teksten te coderen die door vrijwel iedere computer gelezen kunnen worden (wel mogelijkheden voor lay-out). PDF-bestanden kunnen worden gelezen met de gratis Acrobat Reader van Adobe (https://adobe.com).

PDI
Product Data Interchange, een bijzonder vorm van EDI die bedrijven in de keten in staat stelt op gestandaardiseerde wijze per computer detailinformatie over onderdelen en halffabrikaten uit te wisselen.

PGP
Pretty Good Privacy. Software voor het coderen van E-mail berichten en bestanden, zodat onbevoegden ze niet kunnen lezen.

Ping
Programma om te controleren of een bepaalde host bestaat en werkzaam is. De opdracht ping hostnaam laat weten hoeveel informatiepakketjes er naar de host zijn verzonden en hoeveel er goed zijn aangekomen.

Platform
Verzamelnaam voor een besturingssysteem en bijbehorende apparatuur. Bijvoorbeeld: een UNIX-platform en Windows NT-plaform.

Plug and play
Directe installatie van hardware en/of software. De gebruiker hoeft geen instellingen te veranderen of schakelaars om te zetten.

Plug-in
Extern programma dat door de browser wordt geladen voor specifieke toepassingen, zoals het weergeven van geluid en beeld.

PNG
(Portable Network Graphics) een grafisch bestands formaat dat de opvolger wordt van gif. PNG (in het Engels spreekt men het uit als ping) is niet alleen beter omdat het meer compressie toe staat en omdat PNG software licentie vrij is. Het is beter nog geen PNG te gebruiken op web sites, omdat de meeste browsers nog geen PNG plaatjes kunnen laten zien.

POP server
Post Office Protocol server. Een programma dat email kan ontvangen van Internet en het kan bewaren totdat de gebruiker zijn/haar email komt ophalen. Voor het ophalen is de POP gebruikersnaam en wachtwoord nodig. POP3 is een versie van deze server die momenteel veel gebruikt wordt.

Portal
Startpunt voor surfen over het World Wide Web. Meestal met extra eigen diensten zoals een zoekfunctie.

PPP
Point to Point Protocol. een protocol waarmee men een TCP/IP verbinding tot stand kan brengen via een gewone analoge telefoonlijn.

Protocol
Een verzameling regels die de manier van communiceren tussen computers vastlegt. Er bestaan vele protocollen, elk gespecialiseert in een bepaalde toepassing.

Provider
Er zijn diverse soorten providers, afhankelijk van de soort dienst die ze verlenen. Een Internet Access Provider verschaft via modem plus telefoonlijn, ISDN of kabel, toegang aan derden tot het Internet. Een hosting provider is gastheer voor een website: via zijn computer kunnen anderen de website van uw bedrijf benaderen. Een content provider stelt informatie beschikbaar via het Internet. Een application service provider (ASP) stelt zijn software / computertoepassing beschikbaar via internet (gebruik op afstand). Een telecom provider stelt zijn telecommunicatienetwerk beschikbaar, meestal voor telefoongesprekken (KPN bijvoorbeeld), of biedt speciale abonnementen (centrale inkoop van telefoontikken).

Proxy server
Server die fungeert als buffer tussen een aantal gebruikers en het Internet. In de buffer (cache) worden vaak geraadpleegde pagina’s opgeslagen. Een proxy server kan ook fungeren als firewall tussen een lokaal netwerk en het Internet.

Push-technology
Het op regelmatige basis verzenden van informatie naar Internet-gebruikers. Bijvoorbeeld webpagina’s met nieuwsberichten.

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

RAM
Random Access Memory. Computer geheugen in de vorm van chips op het moederbord. Bij het functioneren schrijft de computer steeds data weg naar de RAM en haalt het daar weer vandaan. Veel RAM geheugen (16 a 32 MB) is vandaag de dag geen overbodige luxe meer.

Real Audio en Real Video
Een techniek waarmee via het Internet real time (live) geluid of beeld kan worden uitgezonden en bekeken, zonder het eerst op de eigen computer op te hoeven slaan (zonder downloaden dus).

Real time
Deze term wordt gebruikt voor processen die zo snel werken dat er ogenschijnlijk geen vertraging is. Bijvoorbeeld bij het verwerken van videobeelden.

Resolutie
Met welke nauwkeurigheid iets wordt afgebeeld. Dit komt men tegen als norm voor beeldschermen, printers en scanners. Hierbij zegt de resolutie iets over de kleinste puntjes die weergegeven, geprint of gelezen kunnen worden.

Router
Een computer die zich gedraagd als een knooppunt in een netwerk. Een router zorgt ervoor dat de gegevens op het netwerk bij de juiste computer terecht komen. In kleine netwerken, bijvoorbeeld in het MKB, een kastje (met een kleine ingebouwde computer) tussen de computers / server en een ISDN-lijn via welke toegang tot internet wordt verkregen. De router zorgt er dan niet alleen voor dat de aangevraagde webpagina’s bij de juiste persoon terechtkomen, maar zorgt ook voor het opbouwen en afbreken van de verbinding met internet.

RTF
Rich Text Format. Een mogelijkheid om teksten te coderen die door vrijwel iedere computer gelezen kunnen worden (met mogelijkheden voor lay-out).

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

Screensaver
Programma bedoeld om inbranden van beelden in het scherm te voorkomen. Het programma komt in actie als de gebruiker een tijd niets doet.

Scrollen
Een pagina horizontaal of verticaal over het scherm verplaatsen aan de hand van de balk aan de rand van een venster in het scherm.

SDSL
SDSL lijkt veel op ADSL: het maakt gebruik van gewone telefoonlijnen maar is desondanks veel sneller. De capaciteit van een telefoonlijn is beperkt, en om die toch zo efficiënt mogelijk te benutten is bij ADSL ooit gekozen om de uitgaande snelheid te verminderen, ten gunste van de inkomende snelheid. Dit heet ‘asynchroon’ de A uit ADSL. SDSL is synchroon en dus uitgaand even snel als inkomend.

Search-engine
Een zoekmachine op het Internet, meestal werkend op bais van trefwoord-indexering. Voorbeelden: AltaVista, Lycos, Ilse, Yahoo.

Secure server
Een server die de mogelijk heeft informatie op een beveiligde manier te ontvangen van een browser

Server
Een computer die netwerk-taken vervult. Enkele verschijningsvormen rond het Internet: E-mail-server, Web-server en FTP-server.

SET
Secure Electronic Transactions. Dit protocol waarborgt de veilige overdracht van fraudegevoelige gegevens rond het betalingsverkeer op het Internet. De identiteit van beide partijen die gegevens uitwisselen, bijvoorbeeld rond de aankoop van goederen, is bovendien ook zekergesteld en wordt gewaarborgd door een vertrouwde derde partij (TTP). Dit gaat een stap verder dan SSL.

Shareware
Software die gedurende een proefperiode gratis gebruikt mag worden. Bij langer gebruik moet de gebruiker zich registreren, meestal door aan de auteur een bepaald bedrag over te maken.

SLIP
Serial Line Internet Protocol. Een protocol waarmee men een TCP/IP verbinding tot stand kan brengen via een gewone analoge telefoonlijn. SLIP wordt steeds meer vervangen door PPP.

Smiley
Een symbool waarmee een emotie tot uitdrukking gebracht kan worden. Internet maakt veel gebruik van tekst en hierbij is soms niet duidelijk hoe iets bedoeld is. Een smiley maakt dit duidelijk. Voorbeelden: 🙂 🙁 😉 😀

SMTP
Simple Mail Transfer Protocol. Veel gebruikt voor het automatisch ophalen van alle elektronische post van een bedrijf, door een mailserver van de E-mail uit de postbus bij een provider. Een bijzondere vorm is bSMTP (batch SMTP).

Snail mail
snail is Engels voor slak, snail mail is post die op de traditionele manier verzonden wordt, met een envellop en een postzegel. Dit duurt aanzienlijk langer dan het verzenden per email.

Spam
Ook wel spamming. Het ongevraagd sturen van E-mail naar een grote groep Internet-gebruikers. Vaak commerciële berichten.

SHTTP
Secure HTTP: Versie van HTTP met gegevensbeveiliging, speciaal bestemd voor e-commerce.

SSL
Secure Socket Layer. Een methode om via internet gegevens veilig uit te wisselen tussen een website, bijvoorbeeld van een E-shop, en uw browser. De gegevens worden vercijferd, zodat niemand anders op internet ze kan zien of volgen, bijvoorbeeld bij creditcardgegevens. Zodra u op een website met SSL komt, waarschuwt uw browser daarvoor, en wordt er een sleuteltje zichtbaar zolang de beveiliging werkt.

Surfen
Sites bekijken en/of zoeken op het World Wide Web

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

TCP/IP
Transmission Control Protocol / Internet Protocol. Het Internet-protocol dat het dataverkeer over het netwerk regelt.

Telebanking
Bancaire diensten zoals betalingen, aflossingen, assurantiën, verzekeringen, informatie, etc. worden via het netwerk afgehandeld.

Teleconferencing
Met behulp van communicatie-, video- en audioapparatuur vergaderen met mensen op een andere locatie.

Telematica
Een samentrekking van telecommunicatie en informatica. Het gaat om het uitwisselen van (bewerkte) gegevens tussen mensen en/of informatieverwerkende systemen, over afstand en tijd.

Telewerken
Met behulp van ICT-ondersteuning, werkzaamheden op een andere locatie uitvoeren dan die van de werkgever (bijvoorbeeld thuis).

Telewinkelen
Via interactieve tv, telefoon, fax of Internet en computer thuis producten uitzoeken en bestellen.

Telnet
Telnet is een netwerkprogramma dat een manier biedt voor het aanmelden en werken op een andere computer. Als een gebruiker zich op een ander systeem aanmeldt, kan hij toegang krijgen tot Internet-diensten waarover hij niet op zijn eigen computer beschikt.

TTP
Thrusted Third Party. Een onafhankelijke partij die certificaten aan derden geeft indien zij in staat zijn om bijvoorbeeld E-commerce transacties op een betrouwbare en veilige manier af te handelen, bijvoorbeeld via SET.

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

UMTS
Universal Mobile Telecom System. Een mobiel communicatiesysteem, dat de huidige GSM-netwerken gaat opvolgen. Naast mobiele telefonie zal het vooral ook voor mobiele datacommunicatie worden gebruikt. De snelheid voor data-overdracht zal ongeveer 2 Mbit/sec zijn, waardoor bijvoorbeeld ook overdracht van bewegende beelden via de mobiele telefoon mogelijk worden. Naast diensten zoals internettoegang via WAP zullen er naar verwachting een veelheid van nieuwe M-Commerce toepassingen worden bedacht. Er wordt nu al uitgegaan van een omzet in Europa aan diensten in 2005, kort na de introductie (2003), van 65 miljard euro. Dat is waarom de telecom providers zoveel geld overhebben voor een UMTS licentie.

Unified messaging
Een dienst waarbij een bericht in een bepaalde vorm, bijvoorbeeld fax, wordt doorgegeven in een andere vorm, bijvoorbeeld spraak, en/of E-mail. Zo maakt het dus niet meer uit in welke vorm het wordt aangeleverd, het wordt naar de geadresseerden gestuurd in een vorm die bij hen en hun ontvangstmogelijkheden past. Van SMS naar fax, van E-mail naar voice-mail, noem maar op: alles is mogelijk.

Uploaden
Het kopiëren van computerbestanden van de eigen computer naar een server.

URL
Uniform Resource Locator. Het adres van een webpagina. Bijvoorbeeld: https://emazing.nl/

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

Video On Demand
De mogelijkheid om ‘TV-uitzendingen’ of ander beeldmateriaal te bekijken op een zelf te bepalen tijdstip.

Virus
Computervirussen gedragen zich op een computernetwerk net zo destructief als een biologisch virus. Zij kunnen zichzelf vermenigvuldigen en verspreiden via het netwerk door zich aan software te koppelen. Relatief nieuw zijn macrovirussen, die aan attachments vast zitten.

VPN
Virtual Private Network. Een bedrijfsnetwerk dat computers op meerdere locaties met elkaar verbindt. In plaats van vaste datalijnen huurt men een afgesproken hoeveelheid transportcapaciteit op een computernetwerk van een ander bedrijf, een telecomoperator.

VRML
Virtual Reality Modeling Language: taal waarmee driedimensionale objecten via WWW worden aangeboden. Met VRML worden ruimtelijke objecten gemaakt waarin de gebruiker virtueel kan bewegen en van perspectief kan wisselen.

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

W3C
WorldWideWeb (= 3 W’s) Consortium, een groep vooraanstaande internet-gebruikers die zowel de huidige gang van zaken rond het Web proberen te regelen als vernieuwingen stimuleren.

WAN
Wide area network. Een computernetwerk tussen vestigingen op verschillende locaties. Vanwege kostenbesparingen wordt dit tegenwoordig vaak als Virtual Private Netwerk (VPN) uitgevoerd.

WAP
Wireless Application Protocol, een techniek om mobiel te kunnen surfen op internet. Dat kan alleen met speciale WAP-telefoons, of WAP-PDA’s. In een klein scherm kan niet alles van een gewone website zichtbaar worden gemaakt. Daarom worden er speciale WAP-sites ontworpen, die men kan herkennen aan de eerste drie letters in het adres: MMM in plaats van WWW. De huidige GSM-netwerken vormen nog een belemmering vanwege de lage snelheid, het duurt nog tot technieken zoals GPRS en UMTS zijn ingevoerd tot WAP een echt grote vlucht zal nemen.

WAV
‘.wav’ is de bestandsextensie die wordt gebruikt voor een aantal soorten audio-bestanden

Webcam
Een camera waarvan de beelden op het Internet te zien zijn.

Webcasting
Onder Webcasting wordt het uitzenden over Internet verstaan. Dat kan zowel audio (radiostations op het Web) als video (speelfilms, nieuws, sportwedstrijden) zijn. Steeds meer grote evenementen zoals sportwedstrijden, belangrijke nieuwsgebeurtenissen, concerten en speaches zijn live & real-time via het Internet te volgen.

Momenteel beperkt Webcasting zich voornamelijk tot zogenaamde streaming media in kleine Windows-vensters. Slimme streaming-software zoals RealPlayer, de Window MediaPlayer en Apple QuickTime (vanaf versie 4.0). Streaming software comprimeert en decomprimeert grote video- en audioclips tot kleine doorlopende datastromen. Zo’n stroom kan als een vloeiende datareeks van het begin tot het einde worden ingelezen zonder dat eerst het gehele AV-bestand van Internet gedownload hoeft te worden. De streaming media- software legt contact met de video/audio-server, buffert de aanloop van de clip en speelt deze vervolgens als een continue datastroom af.

Deze vorm van Webcasting voldoet echter niet voor de verwende kabel- of satellietgebruiker. Die wil minimaal strakke (S-)VHS-kwaliteit over het gehele monitorscherm en hifi 3D sound. Daarvoor zijn echter ingrijpende verbeteringen van de snelheid van Internet over de telefoonlijn (ADSL-modem) of een kabelmodem voor nodig. Aan de andere kant is er sprake van een groeiend legioen van kleine Webcasters. Met slechts een camcorder en capturekaart voor video en goede soundkaart voor audio kan een server voor streaming AV-distributie gevoed worden. De kleiner webcaster kan serverruimte inkopen bij derden. Grotere Webcasters zullen hun eigen operationele server op het Net willen zetten.

Website
Een verzameling gerelateerde webpagina’s. Zie ook homepage.

WebTV
Internet via een televisietoestel.

Webvertising
Het plaatsen van reclame-buttons en -banners op websites van derden om extra bezoek naar de eigen website te trekken.

Wifi
Techniek waarmee een computernetwerk draadloos met behulp van een radiozender en radio-ontvanger kan worden gebouwd. Er zijn geen kabels nodig in dit netwerk, maar slechts een insteekkaart in een computer. De netwerken zijn ideaal in situaties waarin sprake is van tijdelijke huisvesting. De techniek wordt ook gebruikt om bijvoorbeeld op Schiphol (hotspots) mensen toegang te geven tot internet.

WMS
Workflow Management System. Software waarmee de stroom documenten en formulieren in een onderneming elektronisch, geordend en gecontroleerd kunnen worden.

WWW
World Wide Web. Het Web is, net zoals E-mail, een functie op het Internet. Gebruikers kunnen met een muis surfen (rondkijken op meerdere websites) over de diverse en vaak onbekende computers op internet die met hun webpagina’s samen het World Wide Web vormen.

WYSIWYG
What You See Is What You Get. Een DTP-term waarmee aangegeven wordt dat een document op een scherm wordt weergegeven zoals het met een printer of een drukpers afgedrukt wordt.

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

XML
Extended Markup Language. Taal voor het structureren van documenten zoals webpagina’s. Geeft de mogelijkheid om webpagina’s ook automatisch te verwerken, zodat EDI ook via het internet mogelijk wordt. Het aantal commando’s is te bepalen door de programmeur.

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Z

ZIP
Wanneer met ‘pkzip’ een bestand wordt gecomprimeerd (d.w.z. er wordt een kleinere maar gelijkwaardige kopie van gemaakt), is het resulterende bestand een ‘zip’-bestand. Gewoonlijk bevat de bestandsnaam de extensie ‘zip’.

Zoekmachine
Websites waar men één of meer trefwoorden op kan geven, waarover men informatie op het internet zoekt. Met de trefwoorden wordt in een grote database gezocht naar bijbehorende internetadressen (URL’s), zoals in een telefoonboek. De database wordt gevoed door mensen die een website bij zo’n zoekmachine aanmelden, en door ‘robots’ die voortdurend het Web afspeuren naar nieuwe adressen, en kijken of oude adressen nog kloppen. Zij verzamelen naast de adressen ook gegevens voor de trefwoorden, niet alleen uit de tekst van de bezochte webpagina’s maar ook uit de zogenaamde Meta-tags.